De Nederlandse Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) zet zich in voor de handhaving van de F-gassenverordening, gericht op het verminderen van de uitstoot van potentieel schadelijke gefluoreerde broeikasgassen (F-gassen). Dit werd besproken tijdens een bijeenkomst tussen de ILT en NVKL waarin René Bobeldijk van de ILT een overzicht gaf van lopende projecten en uitdagingen. Binnen de vakgroep broeikasgassen zijn de taken verdeeld over twee hoofdonderwerpen, elk met hun eigen focus en uitdagingen:
(Illegale) handel in F-gassen
Het eerste onderwerp betreft de (illegale) handel in F-gassen. Hierbij ligt de nadruk op samenwerking met douaneautoriteiten om praktijken zoals illegale import en handel in illegale gasflessen tegen te gaan. Daarnaast vinden er ook inspecties plaats bij technische groothandels om te voorkomen dat voorgevulde apparatuur aan niet-gecertificeerde bedrijven wordt verkocht. Lees meer over de illegale handel in F-gassen in het rapport van Environmental Investigation Agency.
Lekverliezen
Het tweede onderwerp is lekverliezen. Hierbij worden controles uitgevoerd op stationaire koelinstallaties bij landelijke ketens, waarbij informatie wordt opgevraagd bij gassenleveranciers en grote installateurs om koudemiddelregistraties te verkrijgen. Het niet hebben van de BRL100-certificering wordt aangepakt met behulp van een internet scrape tool en meldingen bij het meldpunt. Certificerende instellingen (CI’s) worden aangesproken om te zorgen voor een betere naleving van de vereisten uit de BRL100 zoals het bijhouden van logboeken. Installateurs die de BRL100 minder goed naleven, worden geïnspecteerd als gevolg van de controles bij landelijke ketens.
Praktijkervaringen laten zien dat er nog veel uitdagingen zijn. Installateurs vertonen vaak slechte prestaties op het gebied van logboeken en lekkageregistratie, terwijl exploitanten soms onduidelijkheid ervaren over hun verplichtingen bij lekverliezen. Bijvoorbeeld bij het melden van lekkages bij de Omgevingsdiensten.
Boetes
De bestuurlijke strafbeschikkingen voor het niet naleven van de BRL-100 zijn momenteel € 1.200 voor kleine zzp’ers en € 2.400 voor grotere bedrijven. Deze boetebedragen worden echter regelmatig als te laag beschouwd en kunnen leiden tot calculerend gedrag. Om hierop in te spelen, overweegt de ILT maatwerk te leveren door een uitgebreid proces-verbaal op te maken waarin het financiële voordeel van het niet naleven van de regels wordt uiteengezet. Hierdoor kan een hogere boete worden opgelegd door het Openbaar Ministerie, afhankelijk van de situatie.
Koudemiddelregistratie
De ILT werkt samen met Omgevingsdiensten, zo is er de applicatie Inspectieview voor het delen van inspectieresultaten. Daarnaast wordt er gedacht over de ontwikkeling van een nationale database voor koudemiddelregistraties en/of logboeken op verzoek van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
De herziening van de F-gassenverordening is een belangrijk aandachtspunt. De ILT ziet graag dat een vast format voor koudemiddelregistratie wordt opgenomen in de nieuwe versie van de BRL100.
Ten slotte wijst René Bobeldijk op artikel 7 lid 4 van de nieuwe F-gassenverordening, waarin de verplichting voor een register wordt benadrukt. Hij merkt op dat deze verplichting nog niet breed wordt nageleefd in de markt. Volgens dit artikel moeten bedrijven die met gefluoreerde broeikasgassen voorgevulde apparatuur verkopen een register bijhouden van de verkochte apparatuur en van de gecertificeerde ondernemingen die de installatie hebben uitgevoerd. Deze gegevens moeten ten minste vijf jaar worden bewaard en op verzoek ter beschikking worden gesteld aan de bevoegde autoriteit van de betrokken lidstaat.